heading
Een talent is hij al lang, de 25-jarige Joris Roelofs. In 2004 winnaar van de Deloitte Jazz Award en na de masteropleiding van het conservatorium (2007) naar jazzwalhalla New York, de plek waar talent wordt getest en waargemaakt. Een jaar later volgde de internationale debuut-cd en een jaar hierna, op dit moment, een Europese tour met kompanen uit New York.

Aardig schema, zou je zeggen. Opvallende kanttekening is dat de saxofonist/klarinettist niet zomaar wat mensen heeft meegenomen uit de VS. Greg Hutchinson (d), Aaron Goldberg (p) en Reginald Veal (b) behoren tot de top van Amerikaanse side-muzikanten. Twee facetten zijn opvallend aan dit gegeven: het eerste is dat ze naar Europa komen om te spelen in een ensemble onder de naam van de relatief onbekende Joris Roelofs. Het tweede boeiende kenmerk is dat alle leden van dit trio bekend staan om hun snelheid en souplesse. Alle drie speelden onder andere bij de krachtige Joshua Redman.

Roelofs gaat een grootheid worden. Zijn klankkleur is uniek en uit duizenden te herkennen. Zachtjes vertelt hij verhalen, op ultiem beheerste wijze. Zijn spel is technisch zeer begaafd, perfect zuiver, en tegelijkertijd subtiel, lyrisch en teder. Composities, van helden (bijvoorbeeld Warne Marsh) en van zichzelf zitten buitengewoon intelligent in elkaar. Zeer spannende structuren en constructies in zowel vele ballads als flink groovende stukken. Geen wonder dat hij de Amerikanen heeft verleidt voor een Europese trip; ze zien heil in hem én completeren de jonge blazer. Roelofs speelt rustig en vastberaden, soms zelfs een beetje te lief. Op zijn klarinet, maar ook op de altsax voert hij snelle thema’s foutloos uit; prachtig mooi, maar ook niet ontoevallig dat energieke en innovatieve muzikanten hem omringen.
De ritmische spelletjes in lange solo’s en begeleiding van zowel Goldberg, Veal en Hutchinson waren constant spannend en vormden zo een goede aanvulling op Roelofs fijnzinnige spel. De onnavolgbare conversaties tussen contrabassist Veal en drummer Hutchinson, de vertragende ritmes en formidabel uitgewerkte verhalen van pianist Goldberg gaven het spel van Roelofs net wat meer flair. En dat is ook een talent, de mogelijkheid tot en het uitzoeken van geschikte muzikanten.

Daarnaast heeft Roelofs persoonlijkheid. De geconcentreerde blik, dubbele aankondigingen, het stoïcijnse plezier, een onhandigheidje hier en daar; het zijn eigenzinnige en herkenbare kenmerken die het publiek nodig heeft. Niets wat hem in de weg staat om de wereld te veroveren.